Brugpijler0000.0011

 

 Literatuur

 

- Beda Verbeek, P., De geschiedenis van de Sterre der Zee te Maastricht tot 1804. Deel in de serie 'Collectanea Franciscana Neerlandica', nr V-1. 's-Hertogenbosch (Teulings), 1937. [200 blz. ISBN -]. Herdruk: 1987. Hierin: o.a. blz. 92-93 (Na de verplaatsing van de Maasbrug aan het einde van de 13e eeuw werd ook de aanlegplaats voor de meeste schepen stroomafwaarts verlegd. "Door het verleggen der brug kwam de oude aanlegplaats, die eerst achter de brug lag, vóór de brug te liggen. En nu is het praktisch onmogelijk een aanlegplaats voor doorgaand verkeer of voor den handel stroomafwaarts aan te leggen vlak voor een brug, die op zooveel pijlers rust als de Maastrichtse. De schepen die aanleggen liggen met den kop stroomopwaarts. En nu zal geen enkele schipper die stroomafwaarts moet varen en dus zijn vastliggend schip moet wenden, het durven wagen die manoeuvre uit te voeren vlak voor de brug, waar het gevaar groot is, dat hij tegen de pijlers wordt gedreven. Ten gevolge van den brugbouw werd dus zeker ook de aanlegplaats verlegd [...] De oude aanlegplaats bleef in gebruik voor de kolenschepen die op Luik voeren en dus niet onder de brug door hoefden" (met bronvermelding).)